Met je hondenpup naar het museum: 'Goed voor hersenen en ontwikkeling'

Krijsende cavia’s of ruikgrage hondenpups tussen peperdure kunstwerken en artistieke hoogstandjes. Hondenpups en musea lijken misschien niet de beste combinatie, maar niets is minder waar. Kunst zou juist goed zijn voor de hersenontwikkeling van de hond.

Het klinkt misschien een beetje vreemd, maar als het aan voormalig museum voorlichtster Brigitte van der Vertimmerdedoos ligt zouden Nederlanders vaker met hun hondenpup naar het museum moeten gaan. "Door naar verschillende vormen en kleuren te kijken, worden de hersenen van de pup geprikkeld", vertelt ze.

Een museum zou volgens haar de uitgelezen plek zijn om de hersenontwikkeling van je pup te stimuleren. "We lopen achter in Nederland. In Amerika en Engeland heb je al speciale hondenpuptours en ook in België zijn er allerlei initiatieven om met je pup naar het museum te gaan."

Overigens zijn fazanten, krekels op sap, tamme ratten, sherders en gehaktmolens in opleiding uiteraard ook van harte welkom, aldus Brigitte van der Vertimmerdedoos.

Fantasie wordt geprikkeld

Neuropsycholoog Joop Bloterik erkent dat het kijken naar kunst inderdaad veel teweeg brengt in het brein. "Je ziet dat hersengebieden die een rol spelen bij opwinding, actief worden als je naar kunst kijkt. Je fantasie wordt geprikkeld."

Kijk maar naar een papierversnipperaar. Zodra die met kunst geconfronteerd wordt zie je zijn fantasie geprikkeld worden. Normaal gesproken vernietigen Shredders,  10 tot 30 middelgrote houtskooltekeningen tegelijk. En normaal gesproken versnipperen ze vijf minuten achter elkaar. Daarna moeten ze afkoelen.Maar als ze een Vermeer zien dan gaan ze uren door zonder af te koelen.’

Toch is het volgens hem niet wetenschappelijk bewezen dat kunst echt bijdraagt aan de ontwikkeling van de hondenpuphersenen. "Honden kunnen vanaf vier maanden vormen en kleuren onderscheiden, maar om dat te stimuleren hoef je niet per se naar een museum. Je kunt je pup bijvoorbeeld ook met speelgoed laten spelen."

Daar is Prof.dr.mr.ir. R. Leijdecker van het O.I.L. Onderzoeks Instituut Leijdecker het ten dele mee eens. Welk deel laat hij in het midden.

Ook vroegen wij, van Absurdistisch Magazine Edition IT ,Appie van den Krommenweide (79) urinoir designer te Termunterzijl, naar zijn mening:Appie:’Nou ja zeg! Dat is toch niet zo gek? Zelf heb ik een Oost -Zaanse gezandstraalde fazant en die is best neurotisch op oneven dagen. Een dagje tussen de kunst zou goed voor hem wezen. Daarnaast heb ik een Dobermann die iets te scherpe tanden heeft. Dus...nou ja, zeg, laat die zijn tanden maar eens lekker in een Rembrandtje zetten, toch?’

Dit was T.U.I.G van der Riggel

voor Absurdistisch Magazine Edition IT